Veelgestelde vragen over het nieuwe pensioen

Jouw pensioen gaat veranderen. Het wordt in de toekomst meer van jezelf en gaat meer meebewegen met goede en slechte tijden. Wij merken dat dit vragen en ook wel zorgen oproept.

Wil je meepraten over het nieuwe stelsel of heb je vragen over het nieuwe pensioen? We hebben de belangrijkste vragen en antwoorden voor je op een rijtje gezet. 

Wil je meepraten over keuzes die de komende jaren worden gemaakt over het nieuwe pensioen? Hieronder zie je de momenten waarop je kunt reageren en je stem kunt laten horen. 

   Tijdlijn-nieuwe-pensioen-PGB-hoorrecht_2023.jpg

Wil je weten hoe je je stem kan laten horen? Lees dan verder bij de vragen en antwoorden hierop.

  • 1. Heb ik iets te zeggen over de nieuwe regeling en zo ja, hoe doe ik dat?

    Ja, jij kunt je stem laten horen. Hoe je dat doet, hangt af van je situatie.

    • Ik bouw pensioen op bij Pensioenfonds PGB.

      Jij kunt je mening voorleggen aan een vakbond, vakvereniging of de ondernemingsraad. Je kunt op je werk bij de afdeling personeelszaken navragen wie in jouw bedrijf of bedrijfstak namens de werknemers beslist over het nieuwe pensioen of hoe jij door de werkgever hierbij wordt betrokken. Werk je in een van de volgende sectoren: grafimedia, kartonnage- en flexibele verpakkingenbedrijf, verf- en/of drukinktindustrie, groothandel in bloemen en planten, zeevisserij, kunststof-, rubber- en lijmindustrie, reisbranche of agrarische en voedselvoorzieningshandel? Dan kun je ook contact opnemen met Pensioenfonds PGB. Wij kunnen je vertellen welke werknemersvertegenwoordigers in jouw bedrijfstak meebeslissen over je nieuwe pensioen.

    • Ik bouw geen pensioen meer op bij Pensioenfonds PGB/Ik krijg een pensioenuitkering van Pensioenfonds PGB.

      Ben je lid van een vakbond of vakvereniging? Neem daar dan contact mee op. Viel je onder een bedrijfstakregeling, maar ben je geen lid van een vakorganisatie? Neem dan contact op met Pensioenfonds PGB. Wij kunnen je vertellen welke vakorganisaties in jouw bedrijfstak meebeslissen over je nieuwe pensioen. Krijg je een pensioenuitkering? Dan kun je ook contact opnemen met de VVG-PGB. Deze vereniging van gepensioneerden is/gaat in gesprek over de nieuwe regelingen met vertegenwoordigers van bedrijfstakken en een aantal grote werkgevers.
  • 3. Kan ik mijn mening geven over de overgang van mijn pensioen?

    Ja, dat kan. Je kunt je mening doorgeven aan de organisaties die namens werknemers betrokken zijn bij de beslissingen, zoals vakbond(en), vakorganisatie(s) en ondernemingsraad. Ben je gepensioneerd of heb je als oud-werknemer nog pensioen staan bij een pensioenfonds? Dan kun je gebruik maken van een collectief ‘hoorrecht’. Dat betekent dat je samen met anderen - via een vereniging – je mening kunt geven aan de werkgevers- en werknemersvertegenwoordigers die beslissen over de overgang van je pensioen. Dat kan bij PGB-regelingen via de vereniging van gepensioneerden, de VVG-PGB. Je kunt ook een eigen vereniging van oud-werknemers of gepensioneerden oprichten. Hiervoor heb je een minimumaantal mensen nodig. In het antwoord op vraag 5 vind je de wettelijke regels.

  • 4. Kan ik via het verantwoordingsorgaan mijn mening geven?

    Ja, dat kan. Via de achterbannen (vakbonden, VVG en werkgeversorganisaties) kun je contact opnemen met het verantwoordingsorgaan. Maar dat kan ook direct, via bestuursbureau@pensioenfondspgb.nl. In de wet staat dat het verantwoordingsorgaan moet nagaan of er bij het plan voor de omzetting voldoende rekening is gehouden met ieders belangen: werknemers, oud-werknemers en mensen die pensioen ontvangen. Het duurt nog wel even voor het verantwoordingsorgaan dit kan toetsen en hierover kan adviseren. Dat is naar verwachting in 2025. In de aanloop daarnaartoe wordt het verantwoordingsorgaan voortdurend door het bestuur van het pensioenfonds op de hoogte gehouden van de ontwikkelingen.

  • 5. Hoe is het hoorrecht geregeld? (tot) Wanneer kan een vereniging reageren?

    Een vereniging geeft zijn mening over het concept-plan (‘het transitieplan’) dat werkgevers- en werknemersvertegenwoordigers hebben gemaakt voor de nieuwe pensioenregeling en de overgang van opgebouwde pensioenen en pensioenuitkeringen naar het nieuwe pensioen. De transitieplannen voor verplichte bedrijfstakregelingen moeten uiterlijk op 1 juli 2024 klaar zijn. De andere transitieplannen moeten uiterlijk 1 oktober 2024 klaar zijn.

    Een vereniging die het hoorrecht wil uitoefenen moet zichzelf melden bij de vertegenwoordigers van werkgevers en werknemers in een bedrijfstak of bedrijf, en moet aan de volgende wettelijke eisen voldoen:

    • De vereniging moet een rechtspersoon zijn. Dat wil zeggen dat het een officiële vereniging is.
    • In de statuten moet staan dat de vereniging de belangen van gepensioneerden en/of oud-deelnemers behartigt.
    • De vereniging vertegenwoordigt minimaal 1.000 oud-deelnemers en/of gepensioneerden, of 10% van de oud-deelnemers en/of gepensioneerden aan de regeling.

    De VVG-PGB maakt gebruik van het hoorrecht voor zijn bijna 15.000 leden.

    Ben je bezig met het oprichten van een vereniging voor hoorrecht in een bepaalde bedrijfstak of een specifiek bedrijf? Laat het ons weten, zodat wij kunnen kijken hoe we je verder kunnen helpen. Je stuurt een mail naar bestuursbureau@pensioenfondspgb.nl.

Lees dan hieronder verder bij de vragen en antwoorden. Staat je vraag er niet tussen? Neem dan contact op met onze klantenservice. Wij helpen je graag.

  • 1. Waarom is er een nieuw pensioenstelsel nodig?

    Omdat er veel onvrede en onrust was in de maatschappij over het huidige pensioen, zijn organisaties van werkgevers en werknemers (‘sociale partners’) samen met het kabinet gaan nadenken over een nieuw stelsel. Daar kwam een blauwdruk uit voor vernieuwing van het werknemerspensioen in Nederland. Een pensioen dat beter past bij de samenleving van nu: meer ‘eigen’ via pensioenkapitalen, maar wel met voldoende onderlinge risicodeling. Want dat vinden we in Nederland belangrijk. De Tweede en Eerste Kamer hebben uitgebreid naar de plannen gekeken, en er is veel over gediscussieerd. Uiteindelijk is besloten over te stappen op het nieuwe pensioen.

     

  • 2. Waarom moet ik over naar een ander pensioenstelsel?

    Vakbonden, werkgeversorganisaties en overheid sámen hebben besloten om over te gaan naar een ander stelsel. Je pensioen bij Pensioenfonds PGB maakt(e) deel uit van je arbeidsvoorwaarden. Dat betekent dat je via je werkgever pensioen opbouwt of opbouwde. Ook al werk je daar niet meer, je krijgt dan toch te maken met veranderingen over jouw pensioen die werkgevers- en werknemersvertegenwoordigers samen afspreken. Zo is dat in Nederland geregeld.
    De overheid heeft een aantal regels in een wet gezet. Deze regels moeten ervoor zorgen dat de overgang en het pensioen zelf eerlijk, zorgvuldig en transparant is.

     

  • 3. Wie beslist over mijn nieuwe pensioenregeling?

    Dat verschilt per situatie. Is je pensioen opgebouwd in een regeling die voor de hele bedrijfstak geldt? Dan maken vertegenwoordigers van werknemers en werkgevers in die bedrijfstak de afspraken over pensioen. Zij maken onder andere een keuze tussen de solidaire of flexibele premieregeling en beslissen hoeveel geld je samen met je werkgever inlegt voor opbouw van je pensioen(kapitaal). De regeling die zij kiezen geldt ook voor oud-werknemers en gepensioneerde werknemers uit de bedrijfstak of het bedrijf.

    Is je pensioen opgebouwd in een regeling die alleen bij jouw (ex-)werkgever geldt? En is de pensioenregeling vastgelegd in een cao? Dan maakt je (ex-)werkgever die afspraken en keuzes samen met de vakbonden. Is er geen cao? Dan maakt je (ex-)werkgever die afspraken en keuzes samen met jou. Daarbij kun je een redelijk voorstel niet altijd weigeren. Als er een ondernemingsraad is, moet je (ex-)werkgever die er altijd bij betrekken. In sommige gevallen kan je (ex-)werkgever zonder jou beslissen, maar dat moet dan eerder wel zo met jou zijn afgesproken.

  • 4. Toch voelt het een beetje alsof mij iets wordt afgepakt. Kan dat zomaar?

    Er wordt je geen pensioen ‘afgepakt’. De verandering is bedoeld om het pensioen beter te laten aansluiten bij je verwachtingen. Je pensioen wordt omgezet naar een andere vorm. Je gaat van een ‘aanspraak’ of ‘recht’ naar een kapitaal: een persoonlijk pensioenvermogen. Dat mag volgens juristen die daarnaar hebben gekeken op verzoek van de overheid. Er mogen nieuwe regels worden toegepast op je pensioenaanspraak of -recht. Misschien vind je na de omzetting dat jij als individuele deelnemer ‘onevenredig’ hard wordt getroffen. Onevenredig wil zeggen in vergelijking met andere mensen in een vergelijkbare situatie. In dat geval kun je bezwaar maken. Daar hoef je nu niets voor te doen. Na de overgang dien je dan een bezwaar in bij Pensioenfonds PGB.

  • 5. Wat is het verschil tussen de 2 regelingen die er vanaf 2027 bij Pensioenfonds PGB zijn? Wat merk ik ervan?

    • In de solidaire regeling wordt je persoonlijke pensioenvermogen collectief belegd. Je krijgt het rendement over jouw deel van het totale vermogen toebedeeld op basis van je leeftijd. Als je jong bent, kun je meer risico dragen. Jij deelt meer mee in beleggingen met meer risico. Daardoor kan je pensioenvermogen meer schommelen: omhoog of omlaag gaan. Ben je ouder, dan kun je minder risico dragen. Jij deelt meer mee in de beleggingen met minder risico. Dat zijn beleggingen die zijn gekoppeld aan de rente. Heb je al een uitkering? Dan is er een extra potje waarmee grote tegenvallers opgevangen kunnen worden. Zo ben je extra solidair met elkaar.

      Let op: Heeft jouw werkgever een verplichte bedrijfstakregelingen van Pensioenfonds PGB? Dan is een solidaire regeling de standaard. Je kunt bij onze klantenservice navragen of je een verplichte bedrijfstakregeling hebt.

    • In de flexibele regeling heb je een persoonlijk pensioenvermogen voor jouw pensioen en kun je zelf een beleggingsprofiel kiezen: iets meer risico (offensief), iets minder risico (defensief) of het standaard risico (neutraal). In elk profiel wordt rekening gehouden met je leeftijd (‘lifecycle’): je risico wordt minder naarmate je ouder wordt. Ga je met pensioen (of heb je bij de omzetting al een pensioenuitkering)? Dan kun je op dat moment kiezen voor een stabiel of een variabel pensioen.

      Let op: Heeft jouw werkgever een niet-verplichte bedrijfstakregeling of een vrijwillige ondernemingsregeling van Pensioenfonds PGB? Dan kiezen vertegenwoordigers van werkgevers en werknemers welke regeling ze willen: solidair of flexibel. Je kunt bij onze klantenservice navragen welke regeling je hebt.

    • In de solidaire regeling wordt je persoonlijke pensioenvermogen collectief belegd. Je krijgt het rendement over jouw deel van het totale vermogen toebedeeld op basis van je leeftijd. Als je jong bent, kun je meer risico dragen. Jij deelt meer mee in beleggingen met meer risico. Daardoor kan je pensioenvermogen meer schommelen: omhoog of omlaag gaan. Ben je ouder, dan kun je minder risico dragen. Jij deelt meer mee in de beleggingen met minder risico. Dat zijn beleggingen die zijn gekoppeld aan de rente. Heb je al een uitkering? Dan is er een extra potje waarmee grote tegenvallers opgevangen kunnen worden. Zo ben je extra solidair met elkaar.

      Let op: Heeft jouw werkgever een verplichte bedrijfstakregelingen van Pensioenfonds PGB? Dan is een solidaire regeling de standaard. Je kunt bij onze klantenservice navragen of je een verplichte bedrijfstakregeling hebt.

    • In de flexibele regeling heb je een persoonlijk pensioenvermogen voor jouw pensioen en kun je zelf een beleggingsprofiel kiezen: iets meer risico (offensief), iets minder risico (defensief) of het standaard risico (neutraal). In elk profiel wordt rekening gehouden met je leeftijd (‘lifecycle’): je risico wordt minder naarmate je ouder wordt. Ga je met pensioen (of heb je bij de omzetting al een pensioenuitkering)? Dan kun je op dat moment kiezen voor een stabiel of een variabel pensioen.

      Let op: Heeft jouw werkgever een niet-verplichte bedrijfstakregeling of een vrijwillige ondernemingsregeling van Pensioenfonds PGB? Dan kiezen vertegenwoordigers van werkgevers en werknemers welke regeling ze willen: solidair of flexibel. Je kunt bij onze klantenservice navragen welke regeling je hebt.

     

     

  • 6. In het nieuwe pensioen gaat mijn pensioen meer meebewegen met goede en slechte economische tijden. Hoe zit dat?

    Een pensioenfonds belegt nu ook. Dat verandert niet in de toekomst. Wat wel verandert, is dat een pensioenfonds straks minder reserves hoeft te hebben. Een reserve is een buffer of een spaarpotje, dat je apart hebt staan. Nu moet het pensioenfonds het hele collectief beschermen tegen slechte tijden, ook de jongeren die best wat meer risico kunnen dragen. Omdat er straks minder reserves zijn, ga je als deelnemer meer merken van goede en slechte tijden op de financiële markten. Gaat het goed met de beleggingen? Dan gaat de waarde van je kapitaal omhoog. Gaat het niet goed? Dan merk je dat ook sneller.

  • 7. Houdt Pensioenfonds PGB bij het beleggen rekening met de leeftijd van een deelnemer?

    Zolang je relatief jong bent en nog ver van je pensioen zit, is het niet erg als je kapitaal wat meer beweegt. Pas als pensioen dichtbij komt, is het belangrijk dat je pensioenkapitaal een voorspelbaar pensioen oplevert. Want dan ga je je financiële oude dag plannen, en heb je meer behoefte aan stabiliteit. Bij het beleggen wordt daarom rekening gehouden met je leeftijd. Dat wordt ook wel ‘lifecycle’ genoemd: hoe jonger, hoe meer risico en hoe ouder, hoe minder risico. Minder risico wil zeggen dat de beleggingen zo gekozen zijn dat ze niet meer afhankelijk zijn van de rente. Dat is naast de aandelenkoersen namelijk de grootste invloed op jouw pensioenhoogte. Minder risico zorgt voor een stabieler verwacht pensioen.

  • 8. Als ik met pensioen ga, kan ik dan kiezen uit een stabiel of variabel pensioen?

    Voor gepensioneerden is het doorgaans ook belangrijk om een voorspelbaar inkomen te hebben. Zij kunnen een – grote - verlaging moeilijker opvangen dan mensen die nog werken. In de solidaire regeling krijgen gepensioneerden geen keuze: ze krijgen een variabel pensioen met bescherming tegen verlaging. In de flexibele regeling kunnen gepensioneerden kiezen tussen een stabiel of variabel pensioen. Hieronder lees je wat de verschillen zijn:

    • Variabel pensioen met bescherming tegen verlaging
      In de solidaire regeling van Pensioenfonds PGB krijgen gepensioneerden een variabel pensioen dat stabieler is gemaakt met een ‘verlagingsdemper’. Dat wil zeggen dat bij het collectief beleggen wordt geprobeerd om een positief rendement te behalen, zodat het pensioen (deels) kan meestijgen met de prijzen. Valt het beleggingsresultaat heel erg tegen, dan is er een speciaal potje om verlagingen van pensioenuitkeringen te voorkomen, tot het potje leeg is. Bij de overgang naar het nieuwe pensioen wordt er meteen wat geld vanuit de bestaande reserve in het nieuwe potje (‘de solidariteitsreserve’) gestort.

    • Stabiel of variabel pensioen in een flexibele regeling
      Gepensioneerden in de flexibele regeling kunnen kiezen voor een stabiel of variabel pensioen. Een stabiel pensioen is een bedrag, dat een beetje meebeweegt met de economie. Het is te vergelijken met de huidige pensioenuitkering. Dat betekent dat het pensioenkapitaal collectief wordt belegd, en het pensioen niet meteen wordt verhoogd of verlaagd. Dit gebeurt pas als dat echt kan of moet.

      Een variabel pensioen beweegt meer mee met goede en slechte tijden. Valt het resultaat tegen en gaat het pensioen omlaag? Dan is er in de flexibele regeling van Pensioenfonds PGB geen speciaal potje om een verlaging te beperken. Bij de verdeling van de reserve wordt daarmee rekening gehouden: je krijgt een hoger pensioen, dat sneller en meer omlaag kan. Voor wie dit een vervelend risico vindt, is er de keuze voor het stabiele pensioen.
  • 9. Wie bepaalt wat er gebeurt met het pensioen dat ik al heb opgebouwd/met mijn pensioenuitkering?

    Vertegenwoordigers van werknemers en werkgevers in jouw bedrijfstak of bedrijf spreken af of jouw pensioen overgaat naar het nieuwe pensioenstelsel óf dat jouw huidige pensioen in stand blijft. Overgaan is bij de huidige uitkeringsregelingen de wettelijke standaard. Afwijken daarvan door niet over te gaan is mogelijk, maar alleen als vertegenwoordigers van werknemers en werkgevers kunnen onderbouwen dat dit verstandiger is.

  • 10. Ik wil pensioen blijven opbouwen in mijn oude uitkeringsregeling. Kan ik besluiten niet mee te doen aan de nieuwe premieregeling?

    Nee, dit kan niet. Pensioen opbouwen kan straks alleen nog maar in het nieuwe pensioenstelsel. Dat staat in de wet en is zo afgesproken door werkgevers- en werknemersorganisaties en overheid. Zij willen ervoor zorgen dat zoveel mogelijk mensen straks samen in het nieuwe pensioenstelsel zitten, om samen risico’s te delen en kostenvoordelen te behalen. Want dat zijn sterke punten van het Nederlandse pensioenstelsel voor werknemers. Bij de risico’s moet je denken aan financiële risico’s, maar ook aan persoonlijke tegenslag zoals jong overlijden of arbeidsongeschiktheid. Ook zorgen we er straks samen voor dat jouw individuele potje niet leeg raakt, als je heel lang blijft leven.

     

  • 13. Wat betekent ‘overgaan naar het nieuwe pensioenstelsel’? Ga ik ook mee als ik al pensioen krijg?

    Ja, je gaat straks ook mee als je al pensioen krijgt. Overgaan betekent dat jouw opgebouwde pensioen of pensioenuitkering wordt omgerekend naar een persoonlijk pensioenkapitaal. Je raakt je pensioen niet kwijt. Je kapitaal beweegt straks meer mee met de beleggingen. Je krijgt elk jaar te horen hoe jouw pensioenkapitaal zich ontwikkelt en wat je kunt verwachten. In de solidaire regeling is er een speciaal potje om verlagingen van pensioen op te vangen bij grote tegenvallers. In de flexibele uitkering kun je kiezen tussen een stabiele (vaste) uitkering of een variabele uitkering. Je leest in het antwoord van vraag 9 hier meer over.

  • 14. Ik ontvang een pensioenuitkering. Maakt het voor mij verschil of ik in de solidaire of flexibele regeling terecht kom?

    Gaat je pensioen over naar het nieuwe stelsel, dan heeft de eerder gemaakte keuze van werkgevers en werknemers voor solidair of flexibel ook gevolgen voor jouw pensioenuitkering. Je leest in het antwoord van vraag 9 hoe dat zit. Wil je na het lezen van deze informatie je mening mee te geven? Neem dan contact op met je/een vakbond of vakorganisatie die meebeslist over de regeling. Of ga naar de VVG-PGB. Lukt het op die manier niet? Dan kun je overwegen contact op te nemen met je oude werkgever. Misschien staat die open voor inspraak van oud-werknemers en/of gepensioneerden bij de keuze van de regeling.

  • 15. Hoe zorgt Pensioenfonds PGB ervoor dat de omzetting eerlijk gebeurt?

    Wij maken op basis van alle plannen vanuit de bedrijfstakken en bedrijven een plan voor de omzetting van alle pensioenen bij Pensioenfonds PGB. Daarin komt te staan waarom de manier waarop we het doen ‘evenwichtig’ is. Evenwichtig betekent dat de belangen van alle groepen (werknemers, oud-werknemers, gepensioneerden) zijn gewogen en het resultaat eerlijk en uitlegbaar is. Om te voorkomen dat hier verrassingen bij optreden, hebben we nu al uitgewerkt hoe we dat gaan doen: welke voorwaarden we hanteren om te zorgen dat het eerlijk gaat. Deze informatie is beschikbaar voor vertegenwoordigers van werkgevers en werknemers bij het vaststellen van de nieuwe regeling.
    Verder wordt het plan gecontroleerd door het verantwoordingsorgaan. Dat is een raad met vertegenwoordigers van werknemers, gepensioneerden en werkgevers. Ook de raad van toezicht van Pensioenfonds PGB en toezichthouder De Nederlandsche Bank controleren ons plan.

    Wil je meepraten over het nieuwe pensioen? Lees dan de vragen en antwoorden over hoe je jouw stem kan laten horen.

  • 16. Wat kan ik doen als ik straks bij de overgang vragen heb of denk dat er een fout is gemaakt?

    De overgang is nog heel ver weg: Pensioenfonds PGB verwacht per 1 januari 2027 over te gaan. Je krijgt dan van ons informatie over jouw persoonlijke pensioen voor en na de overgang. Heb je daarover vragen? Of denk je dat er een fout is gemaakt? Dan kun je dat aan ons doorgeven. Dan gaan wij na hoe het zit. Daar hoef je nu nog niets voor te doen. Kom je er straks niet uit met ons? Omdat je niet tevreden bent met de uitleg of oplossing? Dan kun je daarna nog terecht bij een externe, onafhankelijke geschilleninstantie. Je kunt dan ook naar de rechter gaan.