Wat blijft hetzelfde en wat verandert?

Uitgangspunt is: wat goed is, moet je niet veranderen. Oftewel: de sterke punten uit het huidige pensioenstelsel blijven:

  • De AOW (dit is de uitkering die je later van de overheid krijgt) blijft behouden;
  • Je blijft pensioen opbouwen via jouw werkgever;
  • We blijven risico’s delen;
    In het nieuwe stelsel blijven we voor levenslang pensioen sparen en delen we nog steeds de risico’s van ouderdom, overlijden en arbeidsongeschiktheid met elkaar.

De belangrijkste verandering is dat iedereen straks pensioen gaat opbouwen in een premieregeling. Je bouwt dan een pensioenkapitaal op in plaats van pensioenaanspraken. Dat pensioenkapitaal beleggen we om er voor te zorgen dat het groeit. Jouw persoonlijke pensioenvermogen beweegt dan mee met de beleggingsrendementen. Het gaat eerder omhoog als het economisch goed gaat, en eerder omlaag als het economisch tegenzit. Er zijn straks twee pensioencontracten: één gebaseerd op een meer collectief pensioenvermogen en één gebaseerd op individuele pensioenvermogens met meer keuzevrijheid.

Werkgevers in de sector zeevisserij en groothandel bloemen en planten

Een deel van de bij ons aangesloten werkgevers heeft nu al een regeling waarbij de werknemers pensioenkapitaal opbouwen. Bijvoorbeeld werknemers in de sector zeevisserij en de groothandel in bloemen en planten. Zij bouwen al pensioenkapitaal op. Andere werknemers hebben een pensioenregeling waarbij ze nu nog aanspraken opbouwen.

Wet toekomst pensioenen

De wet die het nieuwe pensioenstelsel mogelijk maakt is de ‘Wet toekomst pensioenen’. Deze wet is nog niet definitief. Daarom is het op dit moment moeilijk om te zeggen wat er precies verandert. Zodra we weten wat de wijzigingen voor jou inhouden, informeren wij jou hierover.