Er zijn nieuwe regels voor pensioen. Ook het pensioen van jouw werknemers verandert. We verwachten dat dit op 1 januari 2027 gebeurt. Hoe gaat het nieuwe pensioen van de zeevisserij eruitzien? Daarover maakten de Redersvereniging voor de Zeevisserij, de Nederlandse Bond van Haringhandelaren en de vakbond CNV afspraken. Deze afspraken vind je hier.
In het nieuwe pensioen krijgt iedereen een persoonlijke pensioenpot. Het geld van alle pensioenpotten beleggen we samen. Zo delen we winsten én risico’s. Om het risico op verlagingen te verkleinen is er een reservepot. Dit heet een solidaire premieregeling.
Bekijk hier de video over de solidaire premieregeling.
Dat betekent dat we de pensioenen sneller kunnen verhogen als het economisch goed gaat. Maar als het minder goed gaat kunnen de pensioenen ook omlaag.
We beleggen minder risicovol als iemand dichter bij de pensioendatum komt of al met pensioen is. En er is een reservepot om verlagingen van de pensioenen van gepensioneerden zoveel mogelijk te voorkomen.
Overlijdt een werknemer voor de pensioendatum? Het pensioen voor de partner is dan 20% van het salaris op het moment van overlijden. Dit is een verzekerd pensioen op risicobasis. Dat betekent dat je werknemer in elk geval verzekerd is voor een partnerpensioen zolang er geld bij ons wordt ingelegd voor het pensioen.
Het partnerpensioen dat is opgebouwd tot de overgang naar de nieuwe regels blijft bestaan. Ook de aanvulling tot de AOW-leeftijd uit de Anw-Plusverzekering blijft bestaan. Deze aanvulling is gelijk aan wat fiscaal gezien maximaal mag (€ 23.262 bruto per jaar in 2025).
Overlijdt je werknemer terwijl hij of zij nog in dienst is? Dan krijgt de partner het partnerpensioen volgens de nieuwe regels, het opgebouwde partnerpensioen én de uitkering uit de Anw-Plusverzekering.
Is er een overlijden voor de pensioendatum en zijn er kinderen? Het pensioen is straks voor elk kind 20% van het salaris op het moment van overlijden. En je werknemer is in elk geval verzekerd voor een wezenpensioen zolang er geld bij ons wordt ingelegd voor het pensioen.
De leeftijd tot wanneer kinderen wezenpensioen krijgen verandert. Nu krijgen kinderen wezenpensioen tot hun 21e. Of tot hun 27e als ze een opleiding volgen. Met de nieuwe regels krijgen alle kinderen wezenpensioen tot 25 jaar. Het maakt niet meer uit of ze een opleiding volgen.
Jongeren leggen nu nog relatief veel in voor pensioen en ouderen in verhouding weinig (‘doorsneesystematiek’). Over een hele carrière zou dat geen probleem vormen. Alleen veranderen nu de regels. Daardoor ontstaat een ongelijkheid.
Er komen groepen werknemers die aan het begin van hun werkende leven in verhouding veel hebben ingelegd. Maar doordat de regels veranderen kunnen zij later geen voordeel meer hebben van een in verhouding lagere inleg. Voor deze groepen is er compensatie afgesproken. Deze compensatie wordt betaald uit de premie en uit een bestaand depot. De hoogte van de premie verandert niet. Werknemers vanaf 50 jaar krijgen 10 jaar lang deze extra inleg voor hun pensioen:
Leeftijd op 1 januari 2027 10 jaar deze extra inleg als percentage van het pensioengevend salaris:
Van 50 tot 55 jaar 1,1%
Van 55 tot 60 jaar 2,2%
Van 60 tot 65 jaar 1,7%
Vanaf 65 jaar geen compensatie
De overstap naar het nieuwe pensioen brengt wijzigingen in de salarisadministratie met zich mee. Hierover informeren we je in de loop van 2026.