Laat uw partner niet in de steek

31 mei 2021

“Pensioen is iets voor later”, hoor je vaak. Dat geldt soms niet, bijvoorbeeld als je onverhoopt voor je pensioendatum overlijdt. Dan is het tijd voor het nabestaandenpensioen voor uw achtergebleven partner en de kinderen die een of misschien wel beide ouders moeten missen. Het komt voor dat het nabestaandenpensioen lager is dan verwacht of zelfs helemaal niet geregeld blijkt te zijn. Dan valt er met het overlijden dus een inkomen weg dat niet of niet voldoende opgevangen wordt door pensioen. Naast het verdriet van de weggevallen partner kunnen dan gelijktijdig financiële problemen optreden. “Hoe kan dat nu?” en ”Gaan we daar wat aan doen?”, zijn terechte vragen. 
Edwin de Jong

Hoe kan dat nu?

Aanvankelijk ging het pensioenstelsel uit van een kostwinner en een financieel afhankelijke partner. Zodoende werd gespaard voor ouderdomspensioen en voor nabestaandenpensioen. Sinds circa 2000 is het bij pensionering mogelijk geheel af te zien van de kans op een nabestaandenpensioen voor de partner, in ruil voor een hoger ouderdomspensioen. Dit is een logische keuze en ook primair gericht op de alleenstaande, die immers geen financieel afhankelijke nabestaanden heeft. De keuze kan ook worden gemaakt als uw partner niet financieel afhankelijk is. In dat geval wil het pensioenfonds wel een bevestiging van deze ruil van nabestaandenpensioen in extra ouderdomspensioen, van zowel de werknemer als de partner. Dit zijn bewust gekozen situaties waarin het nabestaandenpensioen verlaagd is.
 
Met het stijgen van de premies werden de afgelopen jaren besparingen afgesproken die het nabestaandenpensioen soms ongemerkt uitgehold hebben. Met die afspraken werd bijvoorbeeld nog wel volledig gespaard – pensioenkapitaal ingelegd - voor ouderdomspensioen, maar minder of zelfs niet meer voor nabestaandenpensioen. Dat verandert niets voor de nabestaande van iemand die tijdens zijn of haar pensioenopbouw overlijdt, omdat daarvoor jaarlijks een verzekeringspremie wordt betaald die toch een volledig nabestaandenpensioen geeft. Het gemis aan gespaard nabestaandenpensioen doet zich wel voelen bij pensionering. Want dan eindigt de dekking van de verzekering. Dan zal het pensioenfonds standaard een deel van uw ouderdomspensioen omzetten in een levenslange nabestaandendekking, zodat er toch een nabestaandenpensioen is voor uw partner. Dat verlaagt natuurlijk het ouderdomspensioen. Er zullen stellen zijn die het fonds daarom laten weten die omzetting niet te wensen. Maar dan is er na overlijden dus geen nabestaandenpensioen, wat achteraf gezien dan toch wel eens een verrassing blijkt.
 
Ook bij eerdere uitdiensttreding dan bij pensionering merkt u dat in deze regelingen niet voor nabestaandenpensioen is gespaard. Het pensioenfonds zal ook dan standaard het ouderdomspensioen een stukje verlagen om gespaard nabestaandenpensioen aan te maken.
 
Hiervoor had ik het steeds over gehuwden. Het voordeel van een huwelijk en een geregistreerd partnerschap is dat dit in de Nationale basisadministratie wordt opgenomen, waaruit pensioenfonds PGB een signaal krijgt dat er een partner is. Ook als het huwelijk of geregistreerd partnerschap eindigt, komt dat bij ons door, zodat we daar in de administratie rekening mee kunnen houden. Voor een nabestaandenpensioen hoef je echter niet te trouwen: samen leven en een samenlevingsovereenkomst aangaan kan de zelfde rechten geven. Lastiger is wel dat een samenleving niet automatisch bij ons wordt gemeld, niet bij aanvang en niet bij het onverhoopte einde daarvan. De partners moeten dit daarom zelf bij ons melden. Dat wordt nogal eens vergeten, met belangrijke complicaties na overlijden. Er staat dan geen partner geregistreerd zodat er ook geen recht op nabestaandenpensioen bestaat. 

Gaan we daar wat aan doen? (Het antwoord is “Nee”!)

U kreeg vast al mee dat het kabinet met sociale partners werkt aan een nieuw pensioenstelsel. Daarmee wordt dan geen pensioen meer afgesproken waarvoor een premie wordt betaald, maar wordt een premie afgesproken waarmee ooit pensioen wordt verkregen. In de administratie worden dan geen pensioenbedragen meer bijgehouden, maar het door premie en rendement opgebouwde vermogen. In dat systeem wordt voor alle deelnemers aan een pensioenregeling het nabestaandenpensioen verzekerd door daarvoor jaarlijks een verzekeringspremie te vragen die het overlijdensrisico in dat jaar dekt.
 
Wel beschouwd gaan we straks dus in alle pensioenregelingen doen wat in het huidige stelsel nog wel eens tot teleurstellingen leidt. Dat nieuwe stelsel gaat dus eerder meer dan minder verrassingen veroorzaken. Je moet dus zelf toch opletten hoe je pensioen geregeld is. Dat moet in elk geval bij zogeheten levensgebeurtenissen, zoals een baan bij een nieuwe werkgever, een nieuwe relatie of het einde van een relatie, de komst van kinderen of einde studie kinderen en uiteindelijk pensionering. Uw verkenning kan heel goed beginnen bij https://www.mijnpensioenoverzicht.nl/ waar al uw pensioenregelingen bij elkaar geteld worden. Ik zie daar nu dat mijn vrouw geen pensioen krijgt als ik voor mijn pensioendatum overlijd, aangezien dat voor een bestuurder van het pensioenfonds en ZZP’er niet is gedekt. Maar gauw serieus naar kijken …..

Column

Edwin de Jong

Edwin de Jong is in december 2020 benoemd tot bestuurslid bij Pensioenfonds PGB.